Postuum: Joe Cocker
Postuum: Joe Cocker
Eén song kan een carrière redden – en misschien de mens. Voor Joe Cocker, gisteren overleden, is dat You Are So Beautiful. Billy Preston’s liedje bracht hem terug in de platen- en concertwereld. Wij teerden toen op zijn exuberante debuut met With A Little Help From My Friends, en – natuurlijk heb ik de film gepakt en het even bekeken – zijn optreden op Woodstock. Niemand daar haalt het bij zijn totale overgave aan de muziek, de tijdgeest, de jeugd en de vrijheid. Dat is knap, want iedereen leeft in dat jaar 1969 in de ban van ‘wij willen de toekomst, en wel nu’. Alleen dat al maakt hem een legende. Zanger John Robert ‘Joe’ Cocker overleed op 70-jarige leeftijd aan kleincellige longkanker.
‘Draai Joe Cocker maar, geeft niet wat.’ Dergelijke verzoeken kregen we nog wel eens in discotheek Woolloomooloo, Utrecht, jaren zeventig. De dwars zingende Brit maakte verrassend veel singles die het uitstekend deden op de dansvloer. Delta Lady, She Came In Through The Bathroom Window, With A Little Help From My Friends (zelfs in 1972 al nostalgie, drie jaar nadat de single was uitgekomen), Pardon Me, Sir, Feelin’ Alright, en primus inter pares High Time We Went. Joe Cocker, een paar jaar ouder dan de meesten van ons, was een rebel through music.
Verder viel het allemaal wel mee. Joe Cocker, afkomstig uit Sheffield, was allerminst een adonis. Hij zal zijn deel hebben gehad van de seksuele vrijheid in de sixties, maar alleen doordat hij, de ster, in die ongeremde drugsverlichte sfeer uitermate begeerlijk was. En hij was een aardige jongen. Cocker deed aan alles mee, dook in elk drugsavontuur zoals hij zei head in first, maar betaalde in relatief korte tijd de tol. De midden jaren zeventig troffen hem lusteloos en uitgebrand aan. En toen was daar You Are So Beautiful. “Ik was niks meer in Engeland, het was uit met mijn vriendinnetje, ik wilde helemaal geen muziek meer maken. Trompettist Jim Price was bezorgd om me en probeerde me overeind te helpen. Hij kwam aan met dat liedje van Billy Preston. Ik wilde het niet eens horen, maar Jim hield aan. Ik vond het mooi en dacht: wat maakt het uit, ik neem het op. Dank je wel, Jim Price.”
Joe Cocker’s tweede muzikale leven was begonnen. Hij maakte solide, nooit extravagante of opvallende albums – Sheffield Steel uit 1982 is het sterkste – en vestigde zijn naam met uitbundige covers en een ijzersterk duet dat hem twee Grammy’s opleverde: Up There Where We Belong, met Jennifer Warnes, voor de film An Officer And A Gentleman, ook uit 1982, beste song en beste duosong. Een wereldhit, onder meer nummer 1 in de Billboard Top 100 USA, bij ons niet verder gekomen dan de tippparade.
The Beatles hebben Joe Cocker’s toekomst bepaald. Zijn eerste singletje was I’ll Cry Instead, een cover van de lp A Hard Day’s Night, en With A Little Help From My Friends zette hem in het zadel. Ringo Starr luidde hem uit met een liefdevolle tweet.