Uw ervaring op deze site wordt verbeterd door het gebruik van cookies.
× Sta cookies toe Meer informatie

Postuum: Ben E. King

di 19 mei 2015

Postuum: Ben E. King

Postuum: Ben E. King

Hij vond zichzelf geen soulzanger, zei hij ooit in een interview. Hij was er de man niet naar zijn hele hebben en houden in zijn stem te leggen. Maar mooi zingen kon ie. Ben E. King overleed op 30 april j.l. Hij was 76 jaar.

Stand By Me is zijn grote hit en een van mijn favoriete nummers. Ik zing het vaak als ik op de fiets zit, het liedje is niet uit je hoofd te krijgen als het er eenmaal inzit. En het zit er al zo’n veertig jaar. King schreef het zelf, samen met Elmo Glick. Hij wilde het in eerste instantie niet eens zelf uitvoeren. Hij had het aangeboden aan The Drifters, de New Yorkse doowopgroep waarin hij furore had gemaakt, maar die hij in 1960 had verlaten – hij vond de verdiensten te pover. De overgebleven Drifters zagen niets in het nummer. Een mens kan zich weleens vergissen.

Ben E. King – geboren als Benjamin Earl Nelson – verhuisde als kind met zijn ouders naar Harlem, New York. Daar raakte de tiener in de ban van de a capella zanggroepen die in de jaren vijftig zo’n beetje op iedere op elke straathoek van de stad waren te vinden. Dat samen zingen met jongens onder elkaar noemde hij de gelukkigste periode uit zijn leven.

De eerste groep waarmee hij in New York en omgeving optrad heette The Five Crowns. Het werden The Drifters toen de oorspronkelijke groep met die naam, met de legendarische Clyde McPhatter in de gelederen, er de brui aan gaf. Met The Drifters scoorde King talloze hits, vaak geschreven door Leiber & Stoller en Pomus & Shuman. Als soloartiest onder de vleugels van Atlantic-baas Ahmet Ertegun had hij voltreffers met Spanish Harlem, Don’t Play That Song, Here Comes The Night, Seven Letters en uiteraard Stand By Me.

Met een klassieker als Stand By Me op zijn naam, gecoverd door jan-en-alleman, altijd weer tot de verbeelding sprekend en een vermogen aan royalties opleverend, kun je niet spreken van een magere muziekcarrière. Toch had King meer uit zijn talent kunnen halen dan hij heeft gedaan. Een van de zaken die dat wat in de weg stond was zijn afkeer van studiowerk. King stond het liefst op het podium. Zingen. Dat kon hij als de beste.