Uw ervaring op deze site wordt verbeterd door het gebruik van cookies.
× Sta cookies toe Meer informatie

Interview

Tekst: Eddie Aarts
wo 16 oktober 2024

Matangi & Ruben Hein brengen ode aan de brief

Interview

De paden van Matangi en Ruben Hein kruisten elkaar al jaren geleden en het voornemen ‘eens iets samen te doen’ was snel uitgesproken. Het 25-jarig bestaan van het Haagse strijkkwartet was dé gelegenheid om dat concreet van te maken. De samenwerking, waarbij zowel de klassiek geschoolde musici als de meer door jazz, soul en pop beïnvloede zanger/songschrijver onbekend terrein betraden, resulteerde in een album en een theatertour onder de naam P.S.

Tekst Eddie Aarts 
 
Zo heet ook de in 2019 verschenen bloemlezing die samenstelster Jet Steinz als ondertitel ‘Van liefdespost tot hatemail: de 150 opmerkelijkste Nederlandse brieven’ meegaf. Bepaald geen toeval, want het spraakmakende album The Juliet Letters van Elvis Costello & The Brodsky Quartet uit 1993 was een van de belangrijkste inspiratiebronnen voor de vier strijkers. Eén duidelijk verschil tussen beide projecten tekent zich echter ook direct af, want waar de Britten dertig jaar geleden uitgingen van een denkbeeldige correspondentie zijn de meeste bronnen voor P.S. tastbaar. Aan zijn keukentafel vertelt Ruben Hein hoe een en ander tot stand kwam.
 
“Een paar jaar geleden benaderden de Matangi’s me over hun naderende jubileum en wat ze van plan waren en ik had daar wel oren naar. Bij die gelegenheid kwam ook het boek al op tafel en meteen werd duidelijk dat we allemaal flink uit onze comfortzone zouden moeten stappen. Het kwartet zou nu zélf moeten gaan componeren. Ik doe dat wel, maar moest daarbij heel anders gaan denken. En ik zou mijn piano niet in de studio of op het podium kunnen gebruiken. Maar dat was misschien juist wel het leuke en spannende. Ik voelde al heel snel een enorme vrijheid, want ik hoefde bijvoorbeeld niet binnen een halve minuut naar een refrein of zo toe te werken.”
 
Puzzelen

Alle betrokkenen droegen bij aan het nieuwe repertoire, maar Hein kan natuurlijk het best toelichten hoe dat vanuit zijn achtergrond voelde: “Ik had natuurlijk weleens een strijkarrangementje gemaakt, maar echte stukken schrijven voor een strijkkwartet en zang is wel een ander tak van sport. Feitelijk heb je vijf stemmen waarmee je kunt werken en daar ga je dus mee puzzelen. Het was een zoektocht hoe je wat ik normaal in een band stop – drums voor het ritme, bas voor de onderkant en piano en gitaar voor het harmonische gedeelte – allemaal in een strijkkwartet stopt. Ik ben natuurlijk wel gaan luisteren hoe anderen dat doen en vond het vervolgens heel erg leuk. En ik weet niet hoe het voor hen was, maar ík had als voordeel dat ik geen last had van opvattingen ‘hoe het hoorde of moest’ in de klassieke wereld. Da’s wel lekker.”
 
Een groot verschil voor het kwartet zat ‘m vooral in het zelf componeren, vertelt hij. “Zoals ze het zelf zeggen; ze spelen normaliter muziek van dode mensen. Nu iets van henzelf en dat betekent over een drempel stappen. Je hebt iets gemaakt, dat je aan de buitenwereld gaat laten horen en dat is heel eng. En heel gewoon, dat is voor mij juist weer heel gewoon. Ik doe dat vaker, maar kan me nog wel goed herinneren hoe dat de eerste keer voelde. En een beetje blijft dat altijd. Maar het was een heel leuk proces om samen aan te gaan. We legden elkaar ideetjes voor, anderen vulden die aan of veranderden ze en ik ben eigenlijk heel trots en blij met wat daar uitgekomen is.”
 
Woede

Niet alle liedjes zijn overigens geïnspireerd door brieven uit het boek van Steinz. Ook werd geput uit de laatste briefwisseling van Vincent van Gogh met zijn broer Theo en de musici scheven elkaar ook. “De teksten zijn zelden letterlijke transcripties”, aldus Hein. “For The Family, gebaseerd op het afscheidsbriefje van Herman Brood, is bijna een-op-een vertaald. Maar dat raakte me zoals het was. In andere gevallen zijn de brieven op een andere manier geïnterpreteerd of zijn er gedeelten gebruikt. Another Year werd geschreven met verschillende ‘soldatenbrieven’ in het achterhoofd. De brief van Tjalie Robinson, die zo bevlogen was om het voortbestaan van zijn eigen identiteit. Of eigenlijk zijn dubbele identiteit. Daar wilde ik ook iets mee, maar dat is een enorm lang verhaal, waar voor mij soms geen touw aan vast te knopen is. Maar wel intrigerend.” Ook Poem of the Offended vindt hij een grappige. In een kort ingezonden briefje schreef Louis Bouwmeester – naamgever van de Louis D’Or – de woede van zich af over een negatieve recensie. “Dat is voor ons allemaal herkenbaar. Ik trek me er meestal weinig van aan, maar dat lukt niet altijd. En ik ken ook collega’s die in een opwelling wél hun hart luchten. Voor het liedje nam ik vooral de boosheid mee. En zo pikten we er vaak iets uit. Net zoals bij films of televisieseries, die zijn gebaseerd op waargebeurde verhalen, kun je best wat vrijheid nemen. We hoefden ons niet te houden aan de ‘wetten van onze genres’. Ik ook niet, en besloot ik dat Poem of the Offended na één minuut ook wel klaar was. Punk eigenlijk.”
 
Mistig

Vrijheid namen de musici ook toen ze elkaar schreven. “In Case The Fog Appears begon met een tekst die Karsten (Kleijer) me stuurde. Ik was juist met een stuk muziek bezig waarvan ik nog niet wist wat ik ermee moest en die elementen vielen als vanzelf op hun plaats. Maar eigenlijk had hij met die tekst een brief aan zijn vrouw Maria-Paula (Majoor), de violiste van het kwartet geschreven. En nog een heel mooie ook, want eigenlijk zegt hij; als het bij mij later ooit mistig wordt, als ik vergeetachtig word, wil je me dan alsjeblieft bij de hand nemen. En nu ik er zo over zit te praten, bedenk ik me dat in alle stukken afscheid misschien wel een terugkerend gegeven is. Op allerlei manieren en van heel verschillende dingen, maar toch.”
 
Typerend voor een brief, meent Hein. “We schrijven of ontvangen ze niet veel meer, maar tegen de zwaarte van een brief kan niets op. Als je écht iets tegen iemand wilt zeggen, dan doe je dat in een brief. Dat is grappig genoeg nog steeds zo. En die overhandig je dan of je stuurt ‘m op, maar als je iets goed wilt maken of van iemand houdt… als je wilt dat het áánkomt, dan stuur je geen e-mail.”
 
Dynamiek

“We namen de plaat op in Studio 150 in de Bethlehemkerk in Amsterdam. Die is niet eens helemaal ideaal; je krijgt altijd wat geluid van buiten mee en als je heel goed luistert kun je horen dat het buiten flink stormde toen we er waren. Maar het is een fantastische plek om op te  nemen. Dat deden we in een paar dagen en allemaal tegelijk. Wanneer ik het dus verklooide, moest het dus gewoon opnieuw. Maar zij spelen zo krankzinnig goed. Dat ontdekte ik ook tijdens het schrijven. Als ik de partijen uitwerkte, gaf ik maar heel weinig mee wat dynamiek en zo betreft, want dat kunnen ze zelf veel beter dan ik. Het kwartet is hún instrument en dat maakt zo’n stuk ook vaak. Devils and Angels is een mooi voorbeeld. Daarin had ik echt wel wat tempowissels en zo bedacht, maar de uiteindelijk flow van het nummer kwam van hen. En dat geeft mij als zanger dan weer ruimte om mee te gaan spelen. Die vrijheid is voor mij een stuk zelfstandiger dan in hun wereld, maar het was grappig om te ontdekken dat ze daarin dus wel feilloos konden volgen.”
 
Voorstelling

De voorstelling kreeg pas vorm na de plaatopnamen. De stukken van het album, waaronder ook een paar instrumentale, staan centraal maar het geheel heeft bewust ook een wat theatraal karakter. “Tijdens de repetities en try-outs werd duidelijk dat deze stukken wel wat context nodig hebben. Vooral ik kan als zanger in de huid kruipen van de personages, verschillende scenes spelen. En na een paar voorstellingen gaat het me nog niet vervelen. Muzikaal gezien vind ik het heel uitdagend, maar ook die rollen spelen vind ik heel leuk om te doen. Samen zetten we zo volgens mij een heel mooie ‘ode aan de brief’ neer. “
 
P.S. van Matangi & Ruben Hein in het theater: 17 oktober in Energiehuis, Dordrecht; 18 oktober in Junushoff, Wageningen; 20 oktober in TivoliVredenburg, Utrecht; 27 oktober in Schouwburg Odeon, Zwolle; 2 november in Theater de Vest, Alkmaar; 10 november in De Kom, Nieuwegein; 14 november in de Schouwburg, Deventer; 15 november in Theater Orpheus, Apeldoorn; 22 november in Theater DNK, Assen; 23 november in De Goudse Schouwburg, Gouda; 28 november in De Vereeniging, Nijmegen; 29 november in Theater aan de Slinger, Houten; 30 november in PHIL, Haarlem; 7 december in Paradox, Tilburg; 10 december in St. Aegtenkapel, Amersfoort.