Live from the Great Room
Iedere week krijg ik van mijn iPad informatie, dan wel waarschuwing, over de tijd die ik met het scherm heb doorgebracht. Dat is de laatste weken spectaculair aan het stijgen. Ik ben zoals naar het schijnt half-Nederland aan het Netflixen en YouTuben, want om nu de hele dag met coronanieuws opgezadeld te zijn…
Naar aanleiding van de column van Paul Stramrood in het huidige magazine stortte ik me op de serie Sons Of Anarchy. Een variant op The Sopranos, maar nu eens niet met ‘spaghettivreters’ in de hoofdrol maar met bikers. Goede serie met geweldig acteerwerk – vooral actrice Katey Sagal vertolkt op onnavolgbare wijze een manipulerende matriarch met menselijke trekjes, en ook de corrupte sheriff Unser is een grootse rol. Maar na de zoveelste bloedige afrekening vond ik het toch welletjes. Dus haakte ik na drieëneenhalf seizoen, een kleine 50 afleveringen, af. Zelfs de geweldige soundtrack was niet langer een excuus om al het geweld op de koop toe te nemen.
Gelukkig is in het vreedzame muzieksegment ook erg veel moois te vinden op het net. Zo zou ik iedereen graag willen attenderen op Andrew Bird’s Live From The Great Room. Niet alleen treft de uiterst getalenteerde violist/zanger/songwriter Bird een keur aan interessante gasten – Matt Berninger (The National), Tift Merritt, Yola, Chris Thile, Dawes, Blake Mills onder anderen – Bird betoont zich een uiterst charmante gastheer, met kennis van zaken en empathie, waardoor intieme gesprekken en bijzondere muzikale momenten ontstaan. Bekijk bijvoorbeeld eens de aflevering met Jonathan Richman. Fascinerend.