Jack Poels: En dat is twee
Als een country gentleman in een roestbruin kostuum met Ierse setter. Zo staat Jack Poels op de hoes van zijn nieuwe album II. Inderdaad, zijn tweede soloalbum. Gedistingeerd. Als een Ierse grootgrondbezitter, een heer, kortom. De voorman van de band waar Limburg trots op is, Rowwen Hèze, kent beslist geen writer’s block, want II verschijnt nog geen jaar na het onvolprezen solodebuut Blauwe Vear.
Foto: Dorien Hein
Vintage Poels, kun je zeggen. Weer twaalf liedjes die houtsnijden, in beeldende teksten over de grootsheid van de kleine dingen des levens. De draagwijdte van deze muziek reikt oneindig veel verder dan het Peeldorp waarin hij zijn liedjes doorgaans situeert. Poels zoekt het in bovenmaanse sferen in de honingkleurige gloed van de Ochtendzon, in het verlangen dat zich ontvouwt in Luchtpostpapeer en in de barensweeën van de laatste schepping van Vincent van Gogh in Auw. En dan is daar nog Apollo. Niet opgevoerd als mythische Griekse god, maar als de ruige discotheek die hij vroeger frequenteerde. Zijn liedjes waaieren – gedragen door zijn rijke fantasie – wijd uit. Zelf blijft hij het liefst stevig met beide voeten op de Limburgse grond.
Pauzestand
De samenwerking met Bart-Jan Baartmans legt Poels geen windeieren. In een vloek en een zucht bracht hij vorig jaar Blauwe Vear met twaalf liedjes uit en de nieuweling telt er alweer twaalf. “Kennelijk vind ik in twaalf nummers een goede spanningsboog”, zegt de zanger aan de telefoon. En II dan? Duidt dat op een gebrek aan een origineel idee voor een titel? Poels zou Poels niet zijn als ook hier geen verhaal bij hoort. “Toen we nog voor een handvol mensen mochten spelen hebben we in Hengelo aan het publiek gevraagd of zij een suggestie hadden voor een titel. We speelden een aantal nieuwe liedjes tijdens de tour. Iemand riep: ‘Schelpe krake’, wat komt uit het liedje Hartevrouw. Ik vond dat een aparte gedachte. Je maakt iets stuk terwijl het zacht krakende geluid aangenaam klinkt. Uiteindelijk werd het II. Die titel kwam me aanwaaien toen ik een vrouw met een mondkapje zag waarop twee Romeinse enen achter elkaar stonden. Als een pauzeknop op een cassetterecorder. Dat beeld was krachtig. Door corona bevinden we ons immers in een collectieve pauzestand.”
Toch bevindt de geest van Jack Poels zich allesbehalve in lockdown. Liedjes schrijven geeft hem een structuur. “In zekere zin bevind ik me altijd wel in een soort zelfverkozen quarantaine. Ik had aanvankelijk dan ook weinig moeite met de situatie. Nu begint het wel lang te duren. De voordelen beginnen inmiddels op te drogen. Ik wil weer naar de kroeg en spelen.”
Stem
Hij heeft de smaak van soloprojecten behoorlijk te pakken. Daarin kiest hij, anders dan bij Rowwen Hèze, voor een op americana-leest geschoeid repertoire. Meer luisterliedjes van een man met gitaar. De nadruk ligt net als bij de voorganger op ballades. Beklijvende melodieën die soms uitgroeien tot oorwormen van het aangename soort. Wat opvalt is dat Poels’ stem ook op II weer verrassend zuiver klinkt. Geen overspannen klanken. De liedjes zijn sferisch alsof er geen druk op staat en op de achtergrond een haardvuur knispert. “Binnen de band moet ik mijn stem anders gebruiken. Ik moet dan meer kracht zetten. Na een aantal avonden ga je dat wel merken. Nu heb ik mijn stem door de omstandigheden veel rust kunnen geven. Bovendien vergen de liedjes van de soloalbums een ander stemgebruik. Ze hoeven geen grote afstand te overbruggen, zoals in een feesttent of op een festivalweide.”
Sfeer
Jack Poels is een sfeermens. Als de omstandigheden kloppen, komt hij tot zijn recht. Zo ook in de studio bij Bart-Jan Baartmans. “Die goede sfeer betaalt zich uit. Het maken van dit album was, net als de vorige keer, geen klus. Ik ging in de ochtend goed voorbereid met de liedjes naar de studio van BJ in Boxmeer. Intro’s, melodieën en bruggetjes had ik thuis al in elkaar gezet. Die voorbereiding is in mijn aanpak belangrijk, want alleen dan gebeuren er mooie, onverwachte dingen in de studio. Daar komt alles samen. Met Bart-Jan heb ik de liedjes in elkaar gezet. Die man is een wonder. Geweldige gitarist en uitermate plezierig in de omgang. Het opnemen van dit album ging met dezelfde vanzelfsprekendheid als de vorige keer. Ook Doe Maar-gitarist Jan Hendriks deed op één nummer mee (En Toen Geej). Live is Jan er ook weer bij. Het pakte onder ons drieën heel goed uit. Dat smaakte meteen naar meer.”
Rowwen Hèze
De overlopende vlijt van de afgelopen maanden heeft zich ook vertaald in een aankomend album van Rowwen Heze. “Rowwen Hèze, ik kan het niet vaak genoeg zeggen, blijft mijn eerste liefde. Ik heb de band de eerste keuze uit mijn ruif aan nieuwe liedjes gegeven. Pas daarna ben ik met de andere liedjes aan de slag gegaan voor mijn soloproject. Het nieuwe album van Rowwen Hèze verschijnt ergens in juli. Daar kijk ik uiteraard ook zeer naar uit.”
Terug naar II. Drie nummers zijn muzikaal schatplichtig aan Bon Iver (En Toen Geej), Ron Sexsmith (Ochtendzon) en Jeff Tweedy (Luchtpostpapeer), de rest heeft Poels zelf gecomponeerd. II is zijn tweede soloalbum maar beslist geen herhalingsoefening. De liedjes graven even diep en de muziek klinkt even overtuigend. Zelf zegt hij erover dat je het geluk van het vinden van een blauwe vear maar één keer overkomt. Dat moge waar zijn, maar II maak je ook maar één keer. Een prachtalbum, alweer.
Op zondag 28 februari vindt om 21.00 uur (vanaf 20.45) de gestreamde presentatie plaats van het nieuwe album. Jack Poels Live kan worden gevolgd via: www.jackpoels.nl. Naast de nieuwe liedjes zijn er ook gedichten te horen en schilderijen te zien. Heaven-redacteur Ludo Diels zal Jack Poels interviewen.