Uw ervaring op deze site wordt verbeterd door het gebruik van cookies.
× Sta cookies toe Meer informatie

Review

Tekst: Louis Nouws
vr 15 maart 2024

De Stones en Brian Jones

Review

Vanaf 25 april is de film The Stones and Brian Jones van regisseur Nick Bloomfield te zien in de bioscoop. De film belicht jaren vanaf de oprichting van de band in 1962 tot 1969 toen Brian Jones de band moest verlaten. Aan de hand van  interviews met hoofdrolspelers en voor het eerst vrijgegeven archiefbeelden onderzoekt de filmmaker hoe het creatieve muzikale genie Brian Jones verdween in de schaduw van de geschiedenis.

Over Brian Jones en de Stones is al heel veel gezegd en geschreven. Het is een verhaal met drama. Een broedermoord. Jones gedrag was volgens manager Andrew Loog Oldham te onvoorspelbaar geworden om hem nog langer te kunnen handhaven. Maatjes van het eerste uur, Mick Jagger, Keith Richards en Charlie Watts brachten de boodschap over. Amper een maand later verdronk Jones in zijn eigen zwembad, als een van de eersten in de reeks van 27-jarige popdoden.

Omtrent zijn dood is altijd wat complotterigs blijven hangen, maar daar houdt de film zich – gelukkig – niet mee bezig. Hier wordt de teloorgang geschetst van een veelbelovende jongeling die niet kon omgaan met de verwachtingen die anderen van hem hadden en worstelde met zijn zelfbeeld. Natuurlijk was zijn overmatig gebruik van drugs en alcohol daar ook debet aan. De parallel dringt zich op met het leven van Syd Barrett van Pink Floyd.

Ex-Stones-bassist Bill Wyman is in de film het meest lovend over Jones. Hij stond ook het dichtst bij hem. Met tal van opnames laat Wyman horen hoe belangrijk de creatieve inbreng van Jones was. Jones had verreweg de meeste affiniteit had met de blues, de bron waaruit de vroege Stones gretig dronken. Met zijn charisma was Jones de onbetwiste bandleider, ook al was hij niet de leadzanger. Journalisten stapten eerst op hem af en vrouwelijke fans zagen Mick en Keith amper staan als Brian in de buurt was. Zijn sexappeal was onmiskenbaar. Op zijn tweeëntwintigste had hij al vijf kinderen bij diverse vrouwen. Supergroupie Anita Pallenberg was eerst met Brian Jones voordat ze overstapte naar Keith Richards.

Zij beschikte over een goede antenne voor verhoudingen, want die was binnen de groep aan het verschuiven. Jones was een goede muzikant maar geen songschrijver en midden jaren zestig vroeg de popmuziek om artiesten die hun eigen nummers schreven. Lennon en McCartney en Ray Davis zetten de toon. Jagger en Richards bleken die gave wel te hebben.
 
De scene in de film die alles zegt – en die alleen al deze docu de moeite van het bekijken waard maakt – is wanneer een tv-journalist met een microfoon in de hand uiteraard op Jones toestapt en zegt: ‘Dit is Brian Jones die alle nummers van de band schrijft.’ Jones is zo eerlijk te zeggen, al is het met tegenzin en binnensmonds, dat niet hij maar Mick en Keith daarvoor verantwoordelijk zijn. Die twee staan op een paar meter afstand met zijn tweetjes het tafereel gade te slaan. Hun gelaatsuitdrukkingen houden het midden tussen leedvermaak en medelijden. Beter kon het ‘koningsdrama’ niet verbeeld worden. De leider van de band was publiekelijk pootje gelicht.
 
De Franse actrice Zouzou die toendertijd een verhouding had met Jones, vertelt in de film dat hij ’s nachts in bed lag te huilen. Zijn zelfvertrouwen was totaal zoek. De Duitse regisseur Volker Schlöndorff, die in 1967 een film met Pallenberg maakte en Jones vroeg de soundtrack te schrijven, die hopeloos mislukte omdat Jones er met de pet naar gooide, verwoordt het zo: ‘Je kunt geen artiest zijn zonder discipline. Brian wist dat maar al te goed, maar gebruikte zo veel drugs dat je kunt zeggen dat hij uit was op zelfvernietiging.’
 
The Stones and Brian Jones is vanaf 25 april te zien in de bioscoop. De Nederlandse première is op zondag 20 april als slotavond van het muziekdocumentaire festival IN-EDIT in de Melkweg Amsterdam.