Review
Bono’s biografie Surrender
In de autobiografie Surrender staan veertig liedjes die de U2-zanger gebruikt om zijn levensverhaal te vertellen. Daarin is hij bijzonder open over de muzikale successen, de misslagen en wat hij noemt het Witte Messias-complex.
Tekst Steven Walter
De rector van de St. Patrick’s Cathedral Grammar School in Dublin vraagt aan Iris, de moeder van Bono, of haar zoontje in het beroemde jongenskoor wil komen zingen. De 11-jarige Paul Hewson – op dat moment nog lang geen Bono – wil graag, maar is enorm nerveus. Zijn moeder ziet de gêne en antwoordt: ‘Absoluut niet. Zingen interesseert Paul totaal niet.’ Wie U2 niet kent zou bij deze anekdote kunnen denken dat dit het einde van een muziekcarrière kan betekenen. Het zou voor kleine Paul allemaal anders lopen. Hij werd de frontman van een van de grootste rockbands ter wereld.
Surrender volgt het pad van Bono en daarmee die van de Ierse band. Het geeft aardige inkijkjes in het leven van een artiest. Bij het hoofdstuk Invisible bijvoorbeeld staat de playlist die tijdens de eerste Britse tour in 1980 door het tourbusje galmde. Op de cassettes die toen werden grijsgedraaid stonden onder meer Joy Divisions Unknown Pleasures, Scary Monsters (And Super Creeps) van David Bowie en de soundtrack van de film Midnight Express.
Interessant is de periode na het debacle van het ambitieuze Rattle and Hum-project en U2 zich opnieuw wilde uitvinden. Dat betekende bijna het einde van de band. Over de opnames van Achtung Baby tegen het einde van de Koude Oorlog dachten de bandleden verschillend over de te varen muzikale koers. Traditionele rock stond tegenover experimenteren. Over die tijd in Berlijn schrijft Bono bijvoorbeeld: ‘De Muur tussen Oost- en West-Berlijn mocht dan naar beneden komen, maar in onze kleine muzikale natie werden muren gebouwd. De Koude Oorlog die buiten de muren van Hansa (studio, red.) ten einde kwam, laaide in de band juist op.’ Uiteindelijk blies het nummer One nieuw leven in de groep die eigenlijk als een geslagen bokser in de touwen hing en op het punt stond de handdoek in de ring te gooien.
Alle zijden die mensen van Bono menen te kennen, passeren de revue. Dus ook die van zijn liefdadigheidswerk. Hij begrijpt dat mensen – ook binnen de band – weleens gek worden van zijn politiek activisme. Zijn geloof komt langs in Surrender, net als anekdotes uit zijn privéleven (problemen met woedebeheersing), de zakelijke kant van een supergroep (‘Misschien gingen we te ver toen we een van onze bedrijven naar Nederland overhevelden om minder belasting te hoeven betalen’) en de kick van liveoptredens. Nogmaals: de zanger spaart zichzelf niet. Bijvoorbeeld over het gratis aanbieden van het album Songs of Innocence aan Apple-gebruikers, wat tot veel kritiek leidde omdat niet iedereen hierop zat te wachten: ‘De critici vonden het overdreven ambitieus. Ze hadden gelijk. Aanvankelijk dacht ik dat het bij een internetrelletje zou blijven. We waren de Kerstman en ik had hier en daar een schoorsteen beschadigd toen we met onze zak vol songs naar beneden klauterden. Maar we bleken op een serieus debat te zijn gestuit over de zorgen die veel mensen hebben over de toegang die Big Tech tot onze levens heeft.’
Ken je Bono beter na het lezen van dit boek? Ja. Wat voor een persoon is hij dan? Op de achterflap van Surrender beschrijft hij het boek als ‘bekentenissen van een artiest, activist, arsehole (klootzak, red.), actualist’, waarbij de eerste drie benamingen zijn doorgestreept en alleen actualist blijft staan.
Bono: Surrender, 40 songs, één verhaal
Uitgegeven bij VIP/A.W. Bruna Uitgevers B.V., Amsterdam
ISBN 9789400510968; 656 pagina’s; € 24,99